De weg naar succes was er voor Jebroer niet een zonder hobbels en kuilen. Of, zoals de rapper, platenbaas en trotse vader het zelf zegt: ‘Ik heb altijd hard op mijn bek moeten gaan om dingen te leren, maar dan leerde ik ook goed ook.’ Hij zal niet rusten voor hij heeft wat hij wil. Zijn plaat ELF11 is zijn nieuwste claim to fame, een plaat geladen met onvervalst wij-tegen-de-wereld-gevoel.
Op zijn vorige album Gouden Tranen toonde hij zich van zijn gevoelige kant, op ELF11 heeft Jebroer de perfecte middenweg gevonden tussen zijn twee meest dominante persoonlijkheden: emo-Jebroer en party-Jebroer. Een rake rap die door merg en been gaat, afgewisseld met een beukende festivalknaller. Feest is volgens de muzikant namelijk net zo goed een emotie als verdriet. Party on!
Jebroer, echte naam Tim Kimman, groeide op in Leiden als kind uit een gebroken gezin. Zijn ouders scheidden toen hij een jaar of tien was, waarna hij werd opgevoed door zijn moeder en haar nieuwe vriendin. De rol voor man des huizes was weggelegd voor de jonge rapper. Zijn emoties slikte hij liever in, om ze vervolgens twee keer zo hard eruit te knallen op papier. Zijn raps werden zijn uitlaatklep.
Kind van de duivel
Veel van zijn vrienden raakten op het slechte pad en nog meer van hen zijn daarin blijven hangen. Jebroer blijkt de uitzondering op de regel. Omdat hij een droom had, een doel dat hij moest en zou verwezenlijken. “Ik wilde succesvol rapper worden en ik realiseerde me dat dat niet zou lukken als ik mee bleef doen met alle domme dingen die we deden. De consequenties waren te groot.”
De dertigjarige artiest is van jongs af aan gebrand geweest op succes, wilde altijd overal de beste in zijn. ‘Kan niet’ is geen optie, maar eerder een diepe motivatie om het nog harder te proberen. “Als ik vroeger bij het stoplicht mensen in mooie auto’s langs zag rijden, dacht ik bij mezelf: ik ga toch niet de rest van mijn leven kijken naar anderen, in plaats van dat ik zelf achter het stuur van zo’n auto zit?”
Jebroer weet: om succesvol te kunnen worden, moet ik knetterhard werken. De tijd die hij wakker is, is hij aan het werk. Zijn overtuiging luidt: als je iets echt wilt, dan lukt het. Dankzij die instelling heeft hij een succesvol album, een eigen platenlabel en dankzij tracks als Btje Vliegen Tog, Camouflage, Hoesten Als Bejaarden en Banaan tientallen miljoenen streams en views via Spotify en YouTube. Jep, Hard work pays off.
Zelfs tweemaal vader worden kan hem niet uit zijn flow trekken. Sterker, die twee koters zijn alleen maar meer een motivatie om nóg harder te werken. “Toen mijn vriendin vertelde dat ze zwanger was van de eerste, moest ik huilen. Ik wilde nog helemaal geen vader worden, ik had mijn leven nog niet genoeg op een rijtje.” Hij vermande zich, werkte zich negen maanden een slag in de rondte om een groter huis te fixen, babyspullen te kopen en te zorgen voor genoeg money in the bank.
“Ik had er ook voor kunnen kiezen om de muziek achter me te laten en te gaan voor die steady baan,” legt Jebroer uit. “Dat heb ik niet gedaan. In plaats daarvan zette ik een paar tandjes bij en is alles in die negen maanden gelukt.” Hij zucht even, “Weet je, ik probeer de beste vader te zijn die er is en alles wat ik doe, doe ik voor ons. Als dit plan niet lukt, waar zijn we dan? Dit moet lukken. Papa gaat centjes verdienen.”